Delen?
Charlotte Wunderink van de Hanzehogeschool Groningen doet onderzoek naar de maatschappelijke participatie van mensen met een ernstige psychische aandoeningen. “De omgeving denkt dan meteen aan overlastgevers in een buurt. Maar die groep cliënten is veel groter en diverser. Dat wordt vaak vergeten.”

Mensen met een ernstige psychiatrische aandoening ondervinden veel nadelige gevolgen van het huidige overheidsbeleid, zegt Charlotte Wunderink, lector Maatschappelijke participatie.“Ze behoren meestal niet tot de groep overlastgevers, maar hebben wel veel problemen door een afstand tot de arbeidsmarkt. Ze hebben een klein sociaal netwerk. Ze doen hun best om erbij te horen, maar dat lukt vaak niet.”  Juist omdat ze in de samenleving nauwelijks opvallen, hoor je niet veel over hen. 

Binnen het landelijke MOVE-project doet het lectoraat van Wunderink samen met onder meer de GGZ Friesland onderzoek naar de mogelijkheden van cliënten om zelfstandig te wonen. Het onderzoek is gericht op 145 mensen bij wie een genoemde 'woonwens' is geïnventariseerd. “Het blijkt dat als je mensen vraagt wat ze zelf willen, de wens om zelfstandig te wonen er al is, of dat ze erover gaan nadenken”, zegt Wunderink. In de twee jaar dat het MOVE-project nu loopt, hebben steeds meer cliënten een woonwens ontwikkeld, en zijn 44 mensen uitgestroomd naar zelfstandigheid. Ze wonen zelfstandig, maar houden ondersteuning van hulpverleners. En als het misgaat, kunnen ze altijd weer terug naar een beschermende woonvorm.

De stap naar zelfstandigheid heeft een enorme impact op hun leven, zegt Wunderink. “De deelnemers zien er eerst tegenop en zijn onzeker. Maar als ze die stap eenmaal hebben gezet, zijn ze trots op hun eigen voordeur. Zelfstandigheid geeft zelfvertrouwen. Ze zeggen zelf ook dat ze verder zijn op hun weg naar herstel.”

Spiegel voorhouden
Gemeenten zijn zoekende naar de manier waarop ze dit proces moeten begeleiden, zegt Wunderink. Door de hervormingen en bezuinigingen moeten ze wel. Maar de partijen die moeten samenwerken, hebben ook hun eigen agenda en spreken hun eigen taal. Het belangrijkste is dat zij samen, vanuit hun gemeenschappelijke doelstellingen, naar oplossingen zoeken. “Onze ervaringen en kennis willen we daarom landelijk inzetten. Ook bij professionals. Daarnaast willen we alle betrokkenen een spiegel voorhouden. Hen laten zien hoe ze soms over hun cliënten praten, terwijl ze mét hen moeten praten.”

Rol in de buurt
De terugkeer in de maatschappij van mensen met een psychiatrische achtergrond vraagt wat van de samenleving, erkent de onderzoeker. Ze moeten hun draai vinden in de wijk en aansluiting zoeken bij bewoners. “Cliënten moeten bijvoorbeeld nadenken over de manier waarop ze zich presenteren. Vertellen ze wel of niet over hun verleden?” Hoe goed het kan gaan, toont Wunderink aan met het verhaal van een man die een kleine, maar belangrijke rol voor zichzelf creëerde. Hij is het vaste adres geworden voor de pakketbezorgers als de buren uit de straat niet thuis zijn. “Hij heeft aanspraak in de buurt en, belangrijker, hij doet ook iets voor anderen. Hij krijgt waardering.”

In de psychiatrie is een grote verhuisoperatie aan de gang. Patiënten die soms al vele tientallen jaren in een instelling wonen, gaan nu zelfstandig wonen. Met soms wel begeleiding vanuit de instelling. Interview met Charlotte Wunderink. (11-04-2015)
Een derde van de bedden in de psychiatrie moet verdwijnen en een deel van de cliënten moet zelfstandig gaan wonen. Uit recent onderzoek blijkt dat een op de drie mensen die nu beschermd wonen dat ook best wel zelfstandig zou kunnen leven. Komt dat even mooi uit. Of toch niet? De huidige ambulante ondersteuning schiet tekort, betoogt Charlotte Wunderink in Trouw. (27-07-2012)